|
||||||||||
|
NIEUWS / AGENDA
12 maart 2023. Boekpresentatie Keep Greenland a secret part 2 bij de van Pool tot Pool dagen
Februari 2022. Tentoonstelling en boekpresentat van het boek Droge voeten voor Gytsjerk
Voorjaar 2019 / Deelname groepsexpositie Zic Zerp Galerie, Rotterdam
1 mei - 29 augustus / Deelname groepsexpositie: "een vrije geest ziet meer vogels" , Martinikerk Franeker
Zomer 2018 / Deelname aan kunstroute into the wetlands, Munnikenburen
Zomer 2018 / Deelname Fryslan Fotofestival met foto's van Groenland
15 september 2018 - 21 oktober 2018 / Overzichtstetoonstelling in schouwburg De Lawei, Drachten
12 november - 3 december 2017 / Groepstentoonstelling galerie Zic Zerp Rotterdam / http://www.zerp.nl
30 juni - 8 oktober 2017 / Tentoonstelling Fries Museum: Friesland, het kleinste land op aarde www.friesmuseum.nl
26 februari 2017, Boekpresentatie The Wave, crossing the Atlantic in Galerie Hoogenbosch te Gorredijk
11 juni - 8 juli 2017 Galerie Zic Zerp Group exhibition / The wave, crossing the Atlantic http://www.zerp.nl
26 februari 2017, Boekpresentatie The Wave, crossing the Atlantic in Galerie Hoogenbosch te Gorredijk
December 2015. Bookpresentation of Lviv, city of paradoxes in bookshop De Groene Waterman in Antwerpen, Belgium
November 2015. Galerie Zic Zerp shows three photo's of the Waddensea during Pan Amsterdam. http://www.zerp.nl/
Augustus 2015. In Galerie Zic Zerp the serie passengers is on show during a group exhibition called across the universe. http://www.zerp.nl
Juni 2015. In museum Belverdere are three photo's on show of the Waddensea as a part of a big summer exhibition where 50 artist are performing.
Januari 2015. In galerie Sitdown in Parijs there is a exhibition of passengers, photo's of people in the trams and busses of Lviv. see www.sitdown.fr
September 2014. In the meantime, the photo book Lviv, City of Paradoxes is ready. Lviv is a magnificent old Habsburg city with a dramatic history in Western Ukraine. This book is available in two editions; in Dutch / English and in Ukrainian / English. 256 pages / 35 euro / 150 photos by Dolph Kessler / With essays by Michiel Driebergen, Kees van Ruyven and Ruud Meij and with a special map supplement by Herman Zonderland. A number of book presentations and exhibitions will take place in the next few months.
Augustus 2012. The photo book Around the North Sea was released in september 2012. It is the result of four years of photography.
It recieves a lot of publicity in papers, magazines and on exhibitions
juni 2009. My photo book Art Fairs / published by d’jonge Hond publishers / 160 pages/ 80 photos / essays by Hans den Hartog Jager, Olav Velthuis, Huub Mous and Kees Keijer / price: € 29,95 is almost sold out.
Curriculum Vitae
Dolph Kessler (1950) is een Nederlandse fotograaf. Hij woont in Friesland.
Na een loopbaan als planoloog, wethouder van Leeuwarden en organisator van studiereizen volgde hij van 2003 tot 2006 de Foto Academie Amsterdam. Eind 2006 studeerde hij af met een fotoserie over kunstbeurzen.
Naast het vastleggen van de 'condition humaine' (de moderne mens in zijn sociale en culturele hedendaagse context), fotografeert hij landschappen en is hij gefascineerd door de betekenis die aan landschap en natuur wordt gegeven. Daarnaast onderzoekt hij het gebied tussen autonome en documentaire fotografie. In dit tussengebied wordt de realiteit meestal als uitgangspunt genomen, maar in plaats van een pure “fotografische beschrijving” probeert hij in het beeld meerdere betekenislagen aan te brengen, waardoor het beeld over zijn onmiddellijke betekenis wordt heengetild.
De afgelopen acht jaar werkte hij aan de volgende lange termijn projecten: over kunstbeurzen, over de Noordzee, over Lviv, een stad in Westelijk Oekraine, over de Atlantische Oceaan, over Friesland, over Groenland en over de laatste postboten in de wereld.
Kunstbeurzen / Art Fairs (2009)
In 2009 verscheen bij uitgever de Jonge Hond zijn fotoboek “Art Fairs”; een vervolg op zijn afstudeer onderwerp. Met een selectie van de foto’s uit dit boek won hij een eerste prijs bij de Zilveren Camera 2009 (categorie Kunst en Cultuur).
In 2013 verscheen hierop een vervolg met het boek “Art Fairs Revisted” waarin hij kunstbeurzen laat zien tijdens de opbouw en afbouw.
De Noordzee Rond (2012)
Het fotoboek “de Noordzee rond” (2012) gaat over de Noordzee kust van Europa en is in eigen beheer uitgegeven. Foto’s waren te zien op internationale fotofestivals zoals het foto festival Naarden en het fotofestival Noorderlicht.
Eén van de recensies over dit boek:
Er zit een opmerkelijke kracht in het werk van Dolph Kessler. Hij wil laten zien wat de mens, zonder daarover te oordelen, voor ingrepen in de werkelijkheid pleegt en dan niet als individu maar als soort. De mens die het landschap naar zijn hand zet, zich tot de natuur probeert te verhouden en die probeert te beheersen” (Hans den Hartog Jager).
Lviv, stad van Paradoxen (2014)
Het fotoboek “Lviv, stad van paradoxen” (2014) is zijn laatste lange termijn project over een stad in West Oekraine. In dit boek wordt een indringend portret gegeven van deze Habsburgse stad die door zo veel ellende getroffen is. De ondertitel van het boek luidt: “between beauty and drama”. Het boek is zowel in een Engelstalig / Nederlandse editie als in een Oekraiense / Engelse editie verschenen.
The wave; crossing the Atlantic (2007)
De zee en in het bijzonder de Atlantische Oceaan heeft zijn interesse. Van meerdere zeereizen, waaronder twee lange maakte hij het fotoboek The wave, crossing ther Atlantic
Friesdland, het kleinste land op aarde (2007)
15 jaar fotograferend in Friesland levert een boek op dat volledig over Friesland gaat
Keep Greenland a secret (2020 en 2023)
Naar aanleiding van 3 reizen naar Groenland maakte hij twee fotoboeken Keep Greenland a secret
De laatste postboten in de wereld (2020)
In de jaren 2008 tot 2015 reisde hij met verschillende postboten mee, merendeels in de Noordelijke streken
Fotoboeken in opdracht
Voorts maakte hij in opdracht het fotoboek “een leven lang kunst” over het Rosa Spierhuis in Laren, het fotoboek “Palingvissers en paling rokers”, het fotoboek “Tussen Dokkum en de zee” en het fotoboek “Sjoch disse sted” over Leeuwarden.
Digitaal geprinte fotoboeken met een beperkte oplage
Ook maakt hij eigen documentaire reportages die regelmatig in door hem zelf uitgegeven digitaal geprinte fotoboeken met een beperkte oplage verschijnen. Hij sluit met deze fotografie aan op een documentaire traditie. Vastleggen van datgene wat verandert, wat er straks niet meer zal zijn.
Publicaties
Hij publiceert regelmatig foto's in tijdschriften en kranten. Regelmatig werkt hij daarbij samen met schrijver en journalist Gerrit Jan Zwier. Foto's van zijn hand hebben gestaan in de Volkskrant, de Leeuwarder Courant en in tijdschriften zoals Vrij Nederland, op Pad, Nordic, Geografie, Stoockx, Man of all Seasons, VROM magazine en Metropolis M.
Collecties
Werk van Dolph Kessler is opgenomen in verschillende particuliere collecties.
Daarnaast is werk aangekocht cq verworven door middel van schenkingen door het Rotterdams Historisch Centrum, de provincie Friesland, het Scheepvaart Museum in Amsterdam, het Fries Museum, de Universiteit van Leiden (afdeling bijzondere collecties), het Nederlands Fotomuseum en het Provinciale archief van Friesland (Tresoar)
Tentoonstellingen
2019 Deelname groepstentoonstelling Zic Zerp Galerie, Rotterdam
2018 Deelname groepsexpositie: "een vrije geest ziet meer vogels" , Martinikerk Franeker
2018 Deelname aan kunstroute into the wetlands, Munnikenburen
2018 Oqassut Groenland / Frysk Photofestival
2018 Ingezoomd / overzichtstentoonstelling de Lawei Drachten
2017 Une Maison Abandonee / Frysk Photofestival
2017 Topografische observaties / Fries Museum
2017 The Wave, crossing the Atlantic / Galerie Hoogenbosch, Gorredijk
2017 The Wave, crossing the Atlantic / Galerie KUUB, Utrecht
2016 Noordzee / Nieuwe aanwinsten Scheepvaart Museum Amsterdam
2016 Jan Mankes in Ierland / Groepstentoonstelling Museum Belvedere
2016 Atlantic Ocean / Kerkenroute Noordwest Friesland
2016 Art Fairs / Groepstentoonstelling SitDown Galery, Paris
2015 De waddenzee / Pan Amsterdam / Galerie Zic Zerp
2015 De Noordzee rond / Kunst aan de haven Leeuwarden
2015 Passengers / Galerie Zic Zerp, Rotterdam
2015 Lviv en Passengers / SitDown Galery Paris
2015 Waddenzee / Museum Belvedere Heerenveen
2014 Lviv / tentoonstelling in WOW Amsterdam
2014 Lviv / Passengers at Gary Boman Galery in Lviv
2014 Lviv / tentoonstelling in Historisch Centrum Leeuwarden, in het kader van sateliet programma Noorderlicht
2014 De Noordzee Rond / tentoonstelling bij drukkerij Douma Dokkum
2013 De Kust / Groepstentoonstelling bij galerie Jurriaan van Kranendonk / met Jan Koster, Wout Berger ea,
2013 Huntenkunst Doetichem 26 en 27 mei
2013 Fotofestival Naarden / De Noordzee Rond / 18 mei - 23 juni
2013 Galerie Steven Sterk / Dynjandi, samen met Zoltin Peeter en Andre de Jong.
2012 In Art Lemmer / tijdens noorderlicht / Groepstentoonstelling
2012 Historisch Centrum Leeuwarden / Binnenstad van Leeuwarden
2012 Galerie van Kranendonk Den Haag / boekpresentatie "de Noordzee rond"
2012 Rosa Spierhuis Laren / Overzichtstentoonstelling samen met mijn zus Beppe Kessler
2012 Omrop Fryslân groepstentoonstelling / het verlangen naar de kust
2012 Lauwerslandroute 2012 / overall presentatie
2012 Museum Belvedere Heerenveen / Seascapes (samen met Zoltin Peeter)
2011 Gemeentemuseum Den Haag/ groepstentoonstelling / ZomerExpo 2011
2011 Kunsthal Rotterdam / 6 grote foto's uit de serie Art Fairs
2011 Galerie Anderwereld / Groningen / around the polar circle (samen met Zoltin Peeter)
2011 Catharinakapel, Harderwijk / tussen kunst en kust
2010 Museum Smallingerland, Drachten / Art Fair foto's in kader Zilveren Camera
2010 Galerie Smarius/Steven Sterk / une maison abandonnée / Noorderlicht
2010 Art Amsterdam / Galerie Smarius/Steven Sterk / Art Fair foto's
2010 Galerie Smarius/Steven Sterk / Art Fair foto's
2009 Scheeneroute / foto's van Seascapes
2009 Museum Belvedere Heerenveen / NOK/ Art Fair foto's
2008 Kunstmaand Ameland / Seascapes
2008 Lauwersland route 2008 / overall presentatie
2008 Bas galerie Sneek / schaatsfoto's van Thialf
2007 Historisch Museum Rotterdam / RDM, laatste dagen Rotterdamse fabriek
2006 Italiaans Instituut te Amsterdam / Paasprocessie op Sicilië
2006 Omrop Fryslân / groepstentoonstelling / foto's van Cuba
2006 Natuurmuseum Fryslân / foto's van Bali / in kader Noorderlicht fotofestival
2005 Latijns Amerika Instituut te Amsterdam / Cuba
2005 Noorderlicht / foto's van Winschoten
2004 Huntenkunst / 4 panelen (ism Egbarta Veenhuizen)
2003 Pip's Galerie / vijf vorstelijke dagen / serie over ijs in Friesland
Hieronder enkele teksten van anderen over mijn werk, alsmede een enkele tekst van mijzelf over beeldende kunst en fotografie
In het Grietenyhuis/Kunstruimte Wagemans in Beetsterzwaag werd in de zomer van 2013 het boek Art Fairs Revisited van Dolph Kessler gepresenteerd. Hieronder de tekst van de openingstoespraak van Huub Mous.
Op 13 november 1987 werd in het stadhuis van Rotterdam de Hendrik Chabotprijs uitgereikt aan de kunstenaars Paul Beckman en Daan van Golden. De feestrede bij die gelegenheid werd gehouden door niemand minder dan Gerard Reve, die destijds in Schiedam woonde en Paul Bekman kende via zijn partner, de kunstenaar Joop Schafthuizen. Reve eindigde zin verhaal met een anekdote die veelzeggend is over de verwarring die een hedendaags kunstwerk kan oproepen als het in een kunstruimte wordt getoond. Het relaas ging over een aantal kunstenaarsmeubelen van Paul Beckman op een tentoonstelling in het museum Boijmans Van Beuningen. De bezoekers, zo liet Reve weten, konden niet van de tafels en stoelen afblijven. Toen de suppoost heel even weg was voor een kop koffie, gingen een jongeling van het manlijk en een meisje van het vrouwelijk geslacht liggen in een door Paul Beckman als sculptuur benoemd object dat toch duidelijk het aanzien had van een keurig opgemaakte bed, teneinde daar – zoals Reve het noemde – ‘hun natuurlijke wil met elkaar te doen.’ Dat bracht de volksschrijver tot de volgende conclusie : ‘Als een kunstenaar mensen aan het lachen kan brengen, dan is dat reeds iets groots; als hij bij mensen tranen te voorschijn kan roepen, dan is dat bijna het hoogste wat een kunstenaar kan bereiken; maar als hij er in slaagt, het zojuist door mij omschreven sacrament zich te doen voltrekken, dan heeft hij niet te vergeefs gearbeid, en heeft hij niet voor niets geleefd.’
Aan deze woorden van Reve moest ik denken toen ik onlangs in de krant las dat een Duitse jongen in het Rijksmuseum in een zeventiende-eeuws hemelbed was gaan liggen om zich al daarop in een bevallige houding te laten fotograferen. Wat deze Duitse jongeling van het mannelijk geslacht in gedachten had zal Reve zeer hebben aangesproken, want hij was nogal gesteld op Duitse jongelingen. De enige keer dat hij zelf een bezoek bracht aan het Stedelijk Museum in Amsterdam was in de jaren tachtig toen daar een tentoonstelling te zien was van Jonge Duitsers, wat al dadelijk bij hem tot een teleurstelling leidde. Hoe dan ook, de directie van het Rijksmuseum kon de actie van de Duitse toerist minder waarderen, hoewel deze performance toch ook een hoog kunstgehalte had. De directie daagde hem voor de rechter en eiste een hoge boete voor de geleden schade, want het antieke ledikant had een paar krasjes opgelopen. Gelukkig werd de jongen vrijgesproken, omdat de rechter meer oog had voor het gewone leven dan voor cultuurhistorische waarde van het zeventiende-eeuws hemelbed.
In 1998 exposeerde Tracy Emin in Londen een van de meest spraakmakende kunstenaars van de jaren negentig, een onopgemaakt bed, met in de lakens vlekken veroorzaakt door drank en onbestemde lichaamsvochten, met naast het bed overvolle asbakken, restanten van porno en dingen waarvan je de ware samenstelling maar liever niet wilt weten. Tegenover een kunstrecensent verklaarde zij: “Mijn Bed; het ziet eruit als de plaats van een misdaad waar iemad zojuist is doodgeneukt.” Met dit kunstwerk leek de ultieme verwarring te zijn gecreëerd. Mensen spraken schande van deze vorm van exhibitionisme die als kunst werd verpakt. Men vond het pijnlijk en niet menswaardig om deze sporen van een losbandig en losgeslagen leven in een museum als kunst te moeten aanschouwen.
Maar twee jonge Chinese kunstenaars dachten daar anders over. Het waren Cal Yan en Xi Jian Jun. Toen de suppoost ook in dit Londense museum even weg was voor de koffiepauze, begonnen de twee Chinezen een kussengevecht op het bed en gebruikten de matras als een trampoline. Hun actie leidde echter niet gerechtelijke vervolging, maar staat nog altijd in menig kunstboek van de jaren negentig vermeld als een spraakmakende kunstenaarsactie. Kort daarop maakten deze Chinese kunstenaars naam door gezamenlijk te gaan urineren tegen de sokkel waarop het beroemde omgekeerde urinoir van Marcel Duchamp geëxposeerd stond. Hun actie was er niet alleen op gericht de ervaring die een hedendaags kunstwerk kan creëren op de spits te drijven, maar ook om het mysterie van dit kunstwerk te ontmantelen door een ultieme verwarring daar aan toe te voegen, die ontstaat door een kunstwerk dat van zichzelf geen kunstwerk is maar een alledaagse object te gebruiken als een alledaags object, waarbij die actie als zodanig weer een kunstwerk wordt. U zult het met me eens zijn; hier gaat eist rondtollen in het domein dat met een duur woord de esthetica wordt genoemd.
Om nog een voorbeeld te geven, een citaat: “Ik ben geïnteresseerd in het produceren van een soort “look-a-like” kunst die zich makkelijk leent tot reproductie, zoals iedereen zou kunnen fungeren als Elvis imitator mits het dragen van de juiste pruik.” Deze woorden zijn van Kristofer Paetau, hij is een dertig jaar oude Finse kunstenaar die woont en werkt in Berlijn. Onlangs zag ik een filmpje van hem op YouTube, waarop de kunstenaar zelf is te zien, kostend op een kunstbeurs. Het bizarre van deze beelden is niet zozeer het kotsen als zodanig dat uitvoerig in beeld wordt gebracht met alle peristaltische bewegingen van de slokdarm, maar ook de abstract expressionistische patronen van de onverteerde etensresten uit de maaginhoud van de kunstenaar die naar buiten worden geworpen op de met tapijt afgedekte betonvloer van de kunstbeurs, als wel de verwarrende ervaring die deze actie wekt bij de bezoekers van de kunstbeurs.
Zij lopen gewoon door niet wetend of zij hier met een doorgedraaide junk, dan wel met een radicale kunstenaarsactie te maken hebben. Het laatste blijkt het geval te zijn, maar daar kom je in het filmpje pas gaandeweg achter. Op een ander video ontvangt Kristoffer Patau op zijn atelier in Berlijn een schaars geklede vrouw die zich voordoet al kunstverzamelaar en belangstelling toont voor een van de installaties die de kunstenaar heeft vervaardigd. Het zijn reliëfs met daarop uitstekende slurven gemaakt van verschillende materialen, variërend van latex tot dierenhuid. Als de kunstenaar even weg is voor een telefoongesprek begint de dame zich geheel uit te kleden en te masturberen met het kunstwerk. Degenerated art, zo schijnt deze kunststroming te heten. Het is de laatste tendens in een brede delta van stromingen die ooit door Duchamp in gang is gezet.
Sinds Duchamp, die het kunstwerk van zijn laatste mythe heeft willen ontdoen, lijkt de kunst er in toenemende mate op gericht om de werkelijkheid tot mythe te maken, in plaats van een bijdrage te leveren om de werkelijkheid te begrijpen. Kunst heeft alleen waarde als het zijn wortels heeft in de ideologie – dat wil zeggen: een systeem van representaties die op enigerlei wijze relatie hebben met de werkelijkheid – maar hoe moet het dan met kunst die zich compleet uitlevert aan een ‘vraatzuchtige tentoonstellingsindustrie’? Het tentoonstellen is kunst aan het worden. En omgekeerd: kunst wordt de kunst van het tentoonstellen.
In feite is een kunstbeurs een reeks tentoonstellingen in een tentoonstelling. Een tentoonstelling ie het kwadraat dus. Kunstbeurzen – zelfs de meeste gedistingeerde ~ brengen bij de bezoeker onwillekeurig een consumptief geaarde attitude teweeg. Een bezoek aan een kunstbeurs is echter geen overbodige luxe, zeker niet voor wie het zicht wil behouden op de gigantische omvang van de actuele kunstproductie. Het ‘kunst-winkelen’ in een doolhof dat op het eerste gezicht oogt als een supermarkt van kunst is dan ook niet zozeer een legitiem tijdverdrijf van de hedendaagse kunstconsument. Het is een haast noodzakelijke voorwaarde om niet compleet te verdwalen op het terrein van de eigentijdse kuns.t Maar er is nog iets anders. De vrijblijvende attitude van de hedendaagse kunstconsument lijkt niet alleen te worden veroorzaakt door een consumptieve wijze van presentatie op kunstbeurzen De kwaal zit dieper, misschien wel in de chromosomen van de kunst zelf.
Uitingen van hedendaagse kunst lijken in toenemende mate een consumptief geaarde esthetische ervaring zelf te constitueren. De explosieve groei van musea; kunsthallen en kunstbeurzen is gepaard gegaan met de verschijning van een nieuw soort kunst: ‘toon-kunst’. Dat wil zeggen: ogenschijnlijk inwisselbare objecten voor steeds wisselende arrangementen. De ruimte, waar deze nieuwe ‘toon-kunst’ wordt getoond, beperkt zich al lang niet tot de parketvloer van de museumzaal maar spreidt zich uit over de kunstbeurs all over the world, van Maastricht tot Miami. Bovendien krijgt de maker van een tentoonstelling steeds meer een charismatisch aureool, die het esthetische aura van de kunstwerken zelf naar de kroon steekt. En de kunstenaar zelf bedient zich niet zelden van het meest cynische alibi dat men zich denken kan. Het ‘tonen’ wordt de presentatie van een representatie en dat gaat de inhoud van zijn kunst steeds meer bepalen. Kortom: de betekenis raakt zoek. Het getoonde wordt alom overwoekerd door de functie van het tonen.
‘Deze foto’s vragen je: wat is eigenlijk geen kunst meer?’ Die kop stond met grote letters onlangs bij een artikel in Vrij Nederland dat handelde over de nieuwe foto’s van Dolph Kessler die hij maakte bij de opbouw en afbraak van kunstbeurzen. Het zijn vooral Nederlandse kunstbeurzen n de hij heeft bezocht, in tegenstelling tot zijn eerdere project, waarbij hij de bezoekers van kunstbeurzen fotografeerde in combinatie met de getoonde kunstwerken. Dat leidde tot het boek Art Fairs, waarvoor hij vrijwel alle belangrijke kunstbeurzen in de wereld bezocht. Wat is eigenlijk geen kunst meer? Dat is dus de laatste vraag, waarop hij is gestuit met zijn zoektocht over de hele wereld. Het is een basale vraag die door kunstenaars al honderd jaar lang wordt gesteld, al wordt die vraag door hen meestal omgekeerd in een beginselverklaring, de grondwet van de moderne kunst. ‘Alles was ein KünstIer spukt ist Kunst‘, zei Kurt Schwitters, en daar helpt geen lieve moeder aan.
Deze beginselverklaring is niet te analyseren in zijn eigen termen, maar wordt geconstitueerd door de wijze van presenteren. Dat en alleen dat maakt de intrinsieke waarde uit die in de beeldende kwaliteit van het hedendaagse kunstobject besloten ligt. Het is sinds de dagen van Dada een voortwoekerend mysterie in de kunst van onze tijd. Deze traditie heeft zijn wortels in de readymade van Duchamp, maar er zijn ook antecedenten in het objet trouvé van de Surrealisten, het trophee object van de Pop-Art. In de late jaren tachtig hernieuwde deze traditie zich tot een readymade van een ander gehalte. Het werd niet langer meer als grensverleggend of vernieuwend ervaren om dit spel met de dubbele bodem te spelen, maar eerder chique en sophisticated. Het getuigde van kennis van de hermetische tegels van de moderne kunst, als je dit spel doorhad en in zal zijn finesses beheerste. Voortaan wordt een geraffineerd spel gespeeld, waarbij de nodige voorkennis als vanzelfsprekend wordt verondersteld, en dat zonder kennis van het voorafgaande ook onbegrijpelijk wordt. Het lijkt soms een ritueel op de rand van een semantische implosie, zoals een woord dat een aantal malen achter elkaar wordt uitgesproken uiteindelijk zijn betekenis geheel verliest.
Met deze redenering in gedachten zou je wat deze foto’s van Dolph Kessler betreft nog het beste kunnen spreken van de ‘kwadratuur van de readymade’. De cirkel is rond. Het vertrouwde recept van Duchamp wordt alleen nog vernieuwd door naar een ander niveau te tellen. Van de sokkel naar de gehele ruimte. Het is Duchamp 2. 0, of anders gezegd: Duchamp in het kwadraat. Die woorden ‘Duchamp in het kwadraat’ vormen ook precies is mijn bijdrage aan dit nieuwe boek van Dolph Kessler. Als u dit boek koopt, en dat kan ik u ten zeerste aanraden, want het is een ‘prachtboek’, zou Gerard Reve zeggen, dan zult deze woorden aantreffen in de inleiding die door Dolph Kessler zelf is geschreven. Hij vroeg mij of hij die woorden van mij mocht gebruiken, toen ik ze hem in een reactie op zijn nieuwe foto’s in een mail had toegestuurd. Bestaande woorden dus, als een soort readymade gebruikt in een nieuwe context.
Duchamp in het kwadraat. Er tolt rond in deze foto’s van Dolph Kessler, zoals in kunst van onze tijd al heel lang iets aan het rondtollen is.
Uit een interview in de Leeuwarder Courant (31-08-2012)
“Een foto moet wat langer je aandacht kunnen vasthouden. Je moet op de details kunnen letten.
Fotograferen is veel wachten. Tot de juiste mensen voorbij komen of totdat er precies het juiste gebeurt. Ik zoek ook vaak naar secondary elements, van die kleine dingen die een foto iets aparts meegeven. Naar beelden waarin dingen op hun plek vallen“.
In de foto’s van Kessler schuilt altijd een bepaalde orde. Hoeveel er ook te zien is, hij plaatst zijn onderwerpen altijd in zorgvuldig uitgebalanceerde composities, waarin alles zijn vanzelfsprekende plaats lijkt te hebben. In foto’s toont de fotograaf nu eenmaal zichzelf.
“Ik spreek bijna nooit mensen aan. Ik zit echt te kijken en ik ensceneer niks. Met mijn oorspronkelijke vak als stedenbouwkundige was ik al bezig om menselijk gedrag te observeren en afstand te bewaren, en misschien zit het ook wel in mijn karakter. Ik ben wel eens jaloers op fotografen die er bovenop kunnen duiken, die midden vanuit de actie fotograferen. Dat probeer ik ook wel eens. Maar dan ga ik tóch vaak weer dat stapje terug om het geheel te laten zien.’’
Kunstbeurzen review van Rients Kooistra / zomer 2010
Kunstbeurzen en kunstsupermarkten vinden overal ter wereld plaats. Kessler heeft ze bezocht en hij fotografeerde ze alsof het kijkdozen zijn. Drie jaar lang deed hij dat. Zijn boek Art Fair over deze vorm van kunst kopen heeft de Zilveren Camera gewonnen. Een prijs die verbonden is aan een jaarlijkse wedstrijd voor Nederlandse fotojournalisten. In de categorie Kunst, cultuur en entertainment, serie, ging Kessler er met ‘goud' vandoor.
Galerie Smarius/Steven Sterk biedt een selectie met schaalvergrotingen van foto’s uit het zegevierende boek. Op inventieve wijze speelt Kessler met wat zich op die Art Fairs aandient. Dat doet hij bijvoorbeeld door een associatief spel te spelen met verbindingen tussen kunst en bezoekers. Zo fotografeert hij een tot over hun oren verliefd jong stel dat zich bevindt voor een enorme foto van bloemen met veel roze en rood. Vormen en kleuren van de bloemen roepen moeiteloos associaties op met mannelijke en vrouwelijke geslachtsorganen. In een andere kunstwinkel komt de tekening van de vacht van een zwartbonte (kunst)koe verbluffend overeen met die van een hondje dat ook mee moest naar de fair. Een zwart-wit tweeluik als kunstfoto tegen de achterwand van een galeriestand met daarop uitzicht op een snelweg doet ons even geloven dat deze stand een groot raam heeft met uitzicht óp die snelweg.
Met de foto’s van Kessler worden fantasie en scherp kijken constant geprikkeld. Kijken wordt een spel. Ook op een meer abstract niveau. Zo hebben we op een bepaalde foto met een onvervalst Droste-effect van doen zoals ooit op een cacaoblik een verpleegster was afgebeeld met op een dienblad eenzelfde cacaoblik met een verpleegster et cetera. Op deze foto is het de kijker (Kessler) die kijkt naar een kijker (de Art Fair-bezoeker) die kijkt naar de kijker (de fotograaf op de foto) die kijkt naar een snelweg.
Fotograaf Kessler prikkelt tot nog verder overstijgend denken. Zo lijkt hij zich af te vragen wat mensen ertoe drijft in een sfeer van anonieme devotie deze Art Fairs te bezoeken. Op mild spottende wijze brengt hij in geuren en kleuren het vermeende ‘menselijk tekort’ in beeld. Met galeriestands in plaats van de vroegere kerkkapelletjes als meditatieve plek waar gelovigen hun favoriete heiligen zoeken dan wel bezoeken. Met een kennelijke behoefte aan geestelijk leven die in de Art Fairs gematerialiseerd is tot: het kunstwerk.
Kunst kijken en aanbidden heeft zich sinds de renaissance steeds verder ontwikkeld tot een soort van pseudo-religieuze, aardse eredienst. Met een burgerlijk estheticisme dat daarbij dezelfde rol vervult als vroeger de puur religieuze erediensten: de zoektocht naar een hogere werkelijkheid. Met de kunstenaar als voorganger en de galerie of museum in plaats van tempel en kerk. De foto’s van Dolph Kessler hangen in Galerie Smarius/Steven Sterk dan ook op de enig juiste plek: in hogere sferen op de eerste etage. Daar waar ons een hogere werkelijkheid wacht.
Is de kunst in crisis?? (eigen tekst van Dolph Kessler)
In deze tekst ga ik in op een actuele discussie in de Beeldende Kunst. De laatste jaren vindt er met enige regelmaat een debat plaats over de vraag of de kunst in crisis is en hoe het verder moet met de kunsten. Zo heeft Anna Tilroe al weer vele jaren geleden in de NRC een bijdrage geleverd met als stelling dat de kunst zich nauwelijks meer weet te onderscheiden van andere culturen. 'Laten wij de kunst weer zien als kritiek' stelt zij. Zij wil weer naar de hoge kunsten toe. Op deze bijdrage van Anna Tilroe is gereageerd door verschillende anderen en zo ontstond er voor de zoveelste keer een echt debat over de crisis in de kunst.
Alles overpeinzend vind ik de gevoerde discussies echter toch merkwaardig. Volgens mij is er helemaal geen crisis, welhaast per definitie niet. Zolang er geen repressief systeem aan de macht is en de kunst zich vrij kan bewegen zal de kunst niet in crisis verkeren. Laat ik dat verder toelichten.
Lang geleden, ik was toen wethouder van cultuur in Leeuwarden, heb ik eens in een toespraakje naar voren gebracht dat m.i. de kunsten fundamentele ervaringen doorgeven waarmee emoties gemoeid zijn (zoals het in de wetenschap gaat om ervaringen waarmee de rede / het verstand gemoeid is). Zolang als er mensen zijn bestaat er de behoefte bepaalde thema's (liefde dood, eenzaamheid, samenleven) emotioneel te kennen. Kunst in als zijn verscheidenheid geeft daar een directe dan wel indirecte uitdrukking aan en geeft als zodanig ook de veranderingen door van hoe mensen met dat soort emoties omgaan. Kunst geeft met andere woorden de emotionele structuur van samenlevingen door; zorgt dat er continuïteit bestaat en dat benaderingen uit vroegere tijden weer opgepakt kunnen worden.
Na al die jaren vind ik dit nog steeds een helder concept: Kunstenaars reflecteren op de emotionele structuur van de samenleving. Dat heeft interessante consequenties. Het gevolg is namelijk dat als de emoties die in de samenleving op een bepaald moment centraal staan (de emoties die tot de mainstream behoren) veranderen, dat dan ook de kunstuitingen veranderen.
Voor en na de tweede wereldoorlog stond veel maatschappelijke dynamiek in het teken van het marxisme / socialisme, de koude oorlog, de maakbare samenleving, utopieën, het veranderen van de wereld. Met het socialistische experiment in een groot aantal landen als het meest ultieme "resultaat". Daar ging het intellectuele debat over en daar deden kunstenaars wat mee. Kunst was maatschappij kritisch, niet zozeer omdat zij dat van nature is, maar omdat dat toen de emotionele mainstream was in het denken en voelen van mensen en daar reageerden kunstenaars (als deel van die samenleving).
Nu ligt het anders en houdt de samenleving zich met andere zaken bezig: het persoonlijke is politiek geworden, het individu speelt weer een hoofdrol, de informatiemaatschappij wordt steeds sterker, massamedia hebben hun eigen (commerciële) dynamiek, tegelijkertijd is er een enorme pluriformiteit aan cultuuruitingen, de vaste verbanden van kerk en politieke partij zijn weggevallen, de multiculturele samenleving is een lastig feit, de ervaringseconomie dient zich aan, etc.
Kortom; de maatschappelijke dynamiek, de vragen waar het om gaat, waar "men" zich mee bezig houdt zijn wezenlijk veranderd. In mijn definitie van kunst is het logisch dat ook kunstenaars die veranderingen meemaken en doormaken, erop reageren en reflecteren. De onderwerpen en de thema's waar het maatschappelijk om gaat en de onderwerpen en thema's waar het in de kunst om gaat horen bij elkaar. De goede verstaander en vooral de goede kijker ziet dat ook nu kunstenaars hun kanttekeningen maken; zij reageren nog steeds op wat er in de samenleving gebeurt; zij zijn nog steeds degenen die de emotionele structuur / de gevoelens van de samenleving benoemen, interpreteren en teruggeven.
Maar het is wel subtieler, het maatschappelijke engagement is minder sterk geprofileerd. Onder kunstenaars zijn er geen partijgangers meer zoals dat 30 jaar geleden vaak wel het geval was.
De thema's zijn veranderd en dus gaat ook de kunst over andere dingen dan vlak na WO 2 en in de zestiger jaren. Of zoals Janneke Wesseling het treffend formuleerde in een ingezonden brief in Metroplis M (2003 / 6): de kunst neemt een eigen ruimte in en doet op een specifieke manier mededelingen over de wereld. En ik voeg daaraan toe: Als de wereld veranderd verandert de kunst.
Er bestaat mijn inziens dan ook geen crisis in de beeldende kunst. Op zijn hoogst is er een crisisgevoel onder de oude garde van kunstcritici die de huidige emoties van de samenleving, de zaken waar de mensen voor gaan, naar een bedenkelijk peil vinden terugzakken en het vroeger beter vonden. Zij vinden dat ook de kunst naar een oppervlakkig niveau teruggaat. Zij zijn de kinderen van de jaren 60 en kijken met die ogen naar wat kunst zou moeten zijn. Zij hopen dat de kunst het tij kan keren, de kunst moest toch immers maatschappij kritisch zijn. Nee dus. Kunstenaars staan niet boven de maatschappij; zij maken er deel van uit en reflecteren met hun kunst waar het om gaat en wat er speelt. Dat is altijd zo geweest en dat zal altijd zo blijven. Zoals gezegd: als de tijden veranderen zal vorm en inhoud van de kunst veranderen. Maar wat blijft is dat door middel van de kunst de emoties die onder de maatschappelijke vraagstukken en de maatschappelijke dynamiek liggen aan de orde gesteld worden in alle verschillende vormen die mogelijk zijn (conceptueel, psychodynamisch, ingetogen persoonlijk, etc). Daarin zit de relevantie van kunst voor de samenleving. En alleen als de vrijheid van de kunstenaar om daarin te zeggen, schrijven, laten zien wat hem of haar op het hart ligt zou worden onderdrukt, alleen dan is de kunst in crisis. Maar gelukkig is dat in Nederland niet het geval.
Over het verschil tussen fotografie en beeldende kunst (eigen tekst van Dolph Kessler)
Je maakt een kunstwerk en je neemt een foto; een onderscheid dat Susan Sontag maakt. Dit verschil is naar mijn gevoel fundamenteel in de discussie wanneer een foto zuiver fotografie is en wanneer een foto ook het terrein van de beeldende kunst betreedt.
In principe is fotograferen het registreren van de werkelijkheid zoals zich die aan ons voordoet. Die werkelijkheid wordt fotografisch vastgelegd. Daarbij zijn er oneindig veel keuzes in het geding. Een foto is altijd het beeld dat iemand heeft gekozen. Fotograferen is inkaderen en inkaderen is buitensluiten. Dus met het nemen van foto's kan de fotograaf veel van zijn ideeën, opvattingen, gevoelens kwijt, zowel qua inhoud als qua vorm. Maar het blijft fotografie.
Sommige foto's registreren echter niet de werkelijkheid maar zetten die werkelijkheid naar hun hand. Ze gaan verder dan kadreren. Er wordt een bepaald beeld gecreëerd waarover van te voren is nagedacht. De fotograaf betreedt het terrein van de beeldende kunsten, wordt degene die een beeld maakt, ontwerpt, in scène zet. Met dat beeld wil hij / zij wat laten zien, heeft hij of zij een bedoeling. Een voorbeeld van zo'n fotograaf is Jeff Wall. Maar ook fotografen die zijn beelden digitaal grondig manipuleert en aanpast vallen in deze categorie.
Overzicht Fotoboeken van Dolph Kessler
8 december 2022
Introductie
Fotoboeken zijn voor mij de meest in aanmerking komende vorm om foto’s te presenteren.
Men kan de foto’s op eigen tijd, eigen plaats en in eigen rust bekijken. Niet gehinderd door anderen.
Bovendien hebben fotoboeken een veel langere houdbaarheid dan een tentoonstelling die na enkele weken of maanden weer is afgelopen. In de afgelopen jaren heb ik dan ook veel van mijn fotografische werkzaamheden in fotoboeken tot uiting laten komen. Enerzijds fotoboeken gedrukt op de aloude off set persen in een oplage van minimaal 500 exemplaren.
Maar ik heb ook dankbaar gebruik gemaakt van de steeds betere digitale persen waarmee boeken in beperkte oplage gedrukt kunnen worden. Hieronder volgt het overzicht van de fotoboeken die ik gemaakt heb of waar aan ik meegewekt heb.
Lange termijn projecten (hard cover / behalve Art Fairs heb ik alle andere boeken zelf uitgebracht)
2014 Lviv, stad van paradoxen / oplage 1200 / Mauritsheech Publishers / also in a Ukranian / English edition (oplage 1000) www.lvivbook.com
2013 Before And After (kunstbeurzen in opbouw) / oplage 500 / Mauritsheech Publishers
2012 De Noordzee rond / oplage 1100 / Mauritsheech Publishers / www.denoordzeerond.nl
2009 Art Fairs / oplage 1000 / Uitgeverij de Jonge Hond
In opdracht
2012 Sjoch Disse Sted / oplage 1000 / Historisch Centrum Leeuwarden / Friese Pers
2011 Een leven lang kunst / oplage 1000 / In opdracht directie Rosa Spierhuis te Laren
2008 Tussen Dokkum en de zee / oplage 1000 / Gemeente Dongerdadeel
2008 Palingvissers en Palingrokers / Oplage 1000 / Friese Pers
2005 Nieuw Winschoter Peil / oplage 1000 / Gemeente Winschoten
Limited editie / in eigen beheer via Mauritsheech Publishers
2008 Nome, Alaska / oplage 20
2004 Kaliningrad / oplage 20
2007 Nicolette, het huis en de tuin / oplage 10
2006 Peleas da Gallo, hanengevechten op Cuba / oplage 10
2006 South Atlantic Ocean, 22 seascapes / oplage 75
2006 Semana Santa, paasprocessies op Sicilie / oplage 100
2006 RDM, de laatste dagen van een Rotterdamse fabriek / oplage 100
2006 Los Ninos, klein ontwikkelingsproject in Guatemala / oplage 50
2005 Remedios, a small Cuban town / oplage 100
2005 Las Parrandas, kerstmis in Remedios, Cuba / oplage 10
2004 Kaliningrad / oplage 20
Limited en speciale editie/ in eigen beheer(Nexpress)
2015 Passengers / oplage 50
2015 Landscapes / oplage 50
2014 Bouvet Oya / oplage 50
Limited editie / via Blurb (vanaf 2010)
2012 Une maison abandonnee / oplage 4 / for sale via Blurb
2012 Children of the Dogon oplage 4 / for sale via Blurb
2010 Tristan da Cunha / oplage 4 / for sale via Blurb 2008
2015: 5 boeken over Postboten / oplage 4 / for sale via Blurb
Reisboeken met Gerrit Jan Zwier
2015 Foto katernen in “Er gaat niets boven Zweden” / Atlas
2014 Foto katernen in "Pension Waldidylle" / Atlas
2014 "In een woest en leeg heelal" / oplage 150 / Mauritsheech Publishers
2013 "Noorwegen tussen het sublieme en het alledaagse" / oplage 100 / Mauritsheech Publishers
2010 Foto katernen in “Nooit hier en altijd daar” / Atlas
2008 Foto katernen in ”Naar de rand van de kaart” / Atlas
Contact informatie
Dolph Kessler
Sanjesreed 3
9062 EK Oentsjerk
Tel 058 2154107
Tel mobiel 06 51082598
Email:
zie ook: www.crossingtheatlantic.nl
Vertegenwoordiging
Als gast kunstenaar ben ik vertegenwoordigd door Zic Zerp Galerie in Rotterdam (projecten: passengers en the wave)
Voor de serie Passengers word ik ook vertegenwoordigd door Galerie SitDown in Parijs.
Bestellen van fotoboeken
De fotoboeken zijn op verschillende manieren te bestellen.
Raadpleeg daarvoor de informatie bij het betreffende boek.
Fotoboeken die via een reguliere uitgeverij op de markt gebracht zijn kunnen via de boekhandel besteld worden.
Zijn er nog vragen stuur mij gerust een mail.
Bestellen van foto's
Alle foto's die op de website staan zijn te koop.
Voor prijzen kunt u telefonisch contact met mij opnemen of een mail sturen.
Foto's uit de serie Passengers zijn te koop via Galerie SitDown in Parijs en Zic Zerp in Rotterdam
Gebruiken van foto's
De getoonde foto's zijn ook te gebruiken voor publicaties of andere doeleinden.
Prijzen daarvoor zijn afhankelijk van de aard van het gebruik, commercieel of niet.
Email: